Opdracht 2 : Samenvatting

4.1 : Einde van de (koloniale) wereldrijken

 

Dekolonialisatie Azië à eerste 10 jaar na ‘45

Ze kwamen erachter dat ze uitgebuit waren en streefde naar hun oorspronkelijke roots. Door intellectuelen opgeleid in de westerse cultuur kwam een Aziatisch nationalisme op gang. Wat resulteerde in dekolonisatie van India en Pakistan. In 1947 verlieten de Britten India en barstte er geweld tussen de hindoes en moslims los. Moslims vormden Pakistan en de Hindoes bleven in India. In ’46 had de VS al de Filippijnen onafhankelijk laten worden. Na het vertrek van de Japanners (1945) riep Soekarno de onafhankelijk uit van de republiek Indonesië. Nederland was het daar niet mee eens en dacht door twee politionele acties (1947, 1948) de oorspronkelijke situatie te herstellen. Maar stuitte op veel weerstand van de bevolking (Guerrilla oorlog) en onder druk van de VS tekende Juliana in 1949 de soevereiniteitsoverdracht. Vietnam (kolonie Frankrijk) wilde ook onafhankelijk worden. Leider Ho Chi Minh. Frankrijk kreeg steun van Amerika, reden VS wilde niet dat Vietnam communistisch werd. Gevolg : 150.000 Franse doden. 1954 opsplitsing van het land in noord (communistisch) en zuid (gesteund door VS) en onafhankelijk van Frankrijk.

Dekolonialisatie Afrika à tweede decennia na ‘45

1954 : Algerijnse nationalisten begonnen onafhankelijkheidsoorlog tegen Frankrijk. Wrede oorlog leidde in ’62 tot erkenning van onafhankelijkheid. De rest van Afrika volgde in de jaren daarna wat niet de verwachting was van de Britten en Fransen. Doel was om vrijwillige onafhankelijkheid met inmenging via adviseurs en bedrijven. Britten in 1957 Goudkust (Ghana) werd onafhankelijk. 1960-1964 17 Britse kolonies, Belgen Congo. 1965 grootste deel gedekoloniseerd.

 

 

4.2 : De Koude oorlog

 

De conferentie van Jalta : de landen die op het einde van de tweede wereldoorlog terugveroverd waren door de Russen (het Rode Leger) bleven in de Russische invloedssfeer (Polen, Roemenië, Hongarije, Tsjecho-Slowakije, Bulgarije). Estland, Letland, Litouwen en Oost-Polen kwam direct onder de Sovjet-Unie (Stalin). Een deel van Duitsland ging naar Polen. De geallieerden bezetten de rest van Duitsland met elk een eigen bezettingszone. Berlijn, liggende in de Sovjet-zone, werd opgedeeld in vier verschillende bezittingszone (de drie geallieerden en de Russen). Na deze conferentie is het wantrouwen gegroeid en begon de Koude Oorlog, ook vertelde de VS dat ze bezig waren met het ontwikkelen van een atoombom. De grens tussen het Oostblok en het westen noemt men het IJzeren Gordijn.

Er ontstonden twee supermachten : het Oostblok onder leiding van de Sovjet-Unie en het westen onder leiding van de VS. Deze twee supermachten botsten en vonden hun ideeën het beste. Truman (president VS) was bang dat West-Europa door de Russen zou worden veroverd en voerde daarom een politiek van containment 1947 (indamming) : politieke en economische steun aan de door communisme bedreigde landen. Een middel hiervan was het Marshallplan (hulpprogramma die primaire levensgoederen leverden)

1949 : doordat landen bang waren voor een aanval ontstond blokvorming. De westerse landen (inclusief West-Berlijn) verenigde zich als de NAVO en de oosterse landen (inclusief Oost-Berlijn) in het Warschaupact. West-Berlijn werd de Bondsrepubliek Duitsland en Oost-Berlijn de DDR.

1949 liet de Sovjet-Unie de wereld weten een atoombom te hebben. In China kwam het communisme aan de macht. 1950 : communistisch Noord-Korea valt Zuid-Korea aan, VS steunt Zuid-Korea doormiddel van het sturen van bewapening.

1953 Stalin dood, Chroesjtjov opvolger. 1956 streefde naar vreedzame coëxistentie : communisme en kapitalisme in vrede naast elkaar leven. Waarom? Bang voor atoomoorlog. Communistische partij hield alle macht, minder onderdrukking van het volk, miljoenen gevangenen kwamen vrij uit strafkampen van Stalin.

Spanningen liepen toch nog op. Chroesjtjov liet de Berlijnse Muur bouwen (1961). 1962 : Amerika ontdekt Russische kernwapens op Cuba, druk overleg, kernwapens gaan weg uit Cuba. Kennedy belooft Cuba met rust te laten en haalt raketten uit Turkije weg. Vietnam-oorlog (1965-1975) beide partijen stelden zich voorzichtig op (afspraken over wapenbeperkingen).

1980 : oorlog in Afghanistan, Rusland verdedigt communistisch regime tegen Islamitische rebellen (werden ondersteund door de VS). In Europa veel protesten tegen de kernwapens. 1985 : Gorbatsjov (nieuwe leider Rusland) hervormden communistisch systeem. Sloot een verdrag met Reagen, vermindering kernwapens. Rusland beschermde niet meer communistische regimes in andere landen gevolg : 1980 massale protesten, communisme viel uiteen in verschillende landen. Ook Oost-Duitsland, Berlijnse Muur valt, DDR werd opgeheven. 1991 Einde communisme in de Sovjet-Unie, Sovjet-Unie valt uiteen in 15 onafhankelijke staten.

 

 

4.3 : Herstel van Europa

 

Samenwerking Nederland, België, Luxemburg (Benelux) in een gemeenschappelijke markt (1948). 1950 : Frankrijk zoekt toenadering tot West-Duitsland, samenwerking in onder andere kolen- en staalindustrie. 1951 : Oprichting Europese gemeenschap voor kolen en staal (EGKS) bovenstaande landen inclusief Italië.

1958 oprichting Europese economische gemeenschap (EEG) : 1 markt met vrije handel tussen de lidstaten. Dagelijks bestuur : Europese commissie in Brussel. Van 1973 tot 1986 kwamen er zes landen bij.

Raad van Europa : doel parlementaire democratie, de rechtsstaat en de mensenrechten te verdedigen. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens houdt toezicht hierop.

Vanaf 1960 ging het snel in West-Europa auto’s, TV, platenspelers , buitenlandse vakanties werden bereikbaar voor de gewone mens. In Zuid-Europa gebeurde dit proces later (1970). Griekenland, Portugal, Spanje veranderde van militaire dictaturen in democratieën wat toetreding tot de EEG mogelijk maakte, weer goed voor de welvaart.


 

6.2 : Nationalisme in Oost-Europa

 

1991 noodcomité : topfiguren uit leger en geheime dienst wilden de oude Sovjet-Unie herstellen (coupe/staatsgreep). Onder Gorbatsjov kreeg het nationalisme de vrijheid. Estland, Letland, Litouwen, Georgië waren al onafhankelijk verklaard. Rusland had al een eigen president Jeltsin, en besloot de Sovjet-Unie om te vormen in onafhankelijke republieken. Noodcomité wilden dat voorkomen. Jeltsin riep de Russen op tot verzet en veel militaire steunden hem daarin. Noodcomité werd gearresteerd en de Sovjet-Unie viel uiteen in vijftien onafhankelijke staten. 1991 spanning tussen Rusland en de Baltische Staten (Oekraïne, Georgië, Tsjetsjenië). Feitelijk een oorlog met Tsjetsjenië waarbij de Russen verloren. Tot 1998 ging het slecht in Rusland daarna volgde economisch herstel. Militairen kracht nam toe, Poetin bracht Tsjetsjenië met geweld onder controle. 2008 viel Rusland Georgië binnen (grensconflict), Georgië werd verslagen. 1993 Tsjechië en Slowakije gaan vreedzaam uiteen, Joegoslavië gaat een gewelddadige oorlog aan. Na de eerste wereldoorlog wordt Joegoslavië gesticht. Tussen Serviërs en Kroaten ontstaat een haatverhouding. In 1991 : Duitse invasie, Kroaten krijgen eigen staat. Kroaten vermoorden honderd duizenden Serviërs. Na de oorlog drukt het communisme het nationalisme de kop in. Communisme stort ineen (1991) de oude haat laait weer op. Kroatië verklaart zich onafhankelijk. In dat nieuwe land wonen honderd duizenden Serviërs waartussen een bloedige oorlog ontstaat (etnische zuivering). 1992 Bosnië verklaart zich onafhankelijk, daar leefden drie bevolkingsgroepen : Kroaten, Serviërs en Bosniërs. De Bosnische Serviërs begonnen met steun van Servië oorlog tegen de andere twee. Doel : grootste deel van Bosnië bij Servië voegen. Kroaten voerden in hun gebied etnische zuiveringen uit. In Srebrenica (Servisch gebied) enclave voor moslims. 1995 Bosnische Serviërs dringen enclave binnen en voeren 7000 mannen en jongens af onder toezicht van de Nederlandse VN-troepen. VS besluit Servië te bombarderen, president Milosevic sluit vrede. Hij en andere leiders stonden terecht voor het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag.